Een door de wol geverfde oma, zo zou je Marjan Berk met recht mogen noemen. De 85-jarige schrijfster en columniste heeft acht kleinkinderen van 8 tot 28 jaar. En met ieder van hen heeft ze een persoonlijke band. Een gesprekje met deze markante grootmoeder.
Hoe was het voor jou toen je oma werd?
Ik vond het wel eens tijd worden! Ik was begin vijftig en in het dorpscafé in de plaats waar ik woon, was een vrouw die elk jaar een nieuw kleinkind in de lucht hield. Dat wilde ik ook! Toen mijn zoon me vertelde ‘wij zijn zwanger’, was ik zelf ook meteen zwanger in m’n hoofd. Mijn eerste kleinzoon kwam toen ik 57 was. Ik vond het enig, ik dacht dat het omaschap verplichtingloos zou zijn. Maar dat blijkt niet zo te zijn!
Van twee kleinkinderen ben ik bij de bevalling geweest. Dat was zo bijzonder. Je ziet de hoofdjes geboren worden. Meteen daarna stel je je bescheiden op. Je wil het kindje wel de hele tijd knuffelen, maar dat is voor de ouders. Even samen op de foto en hup, afstand nemen. De echte oma-beleving komt later. Een week of zes na de geboorte krijg je een telefoontje: ‘We zouden graag weer eens met z’n tweetjes naar de film gaan, kan jij oppassen?’ Dan brengen ze het kind, samen met een stapel Pampers, een flesje afgekolfde melk en een lijst met instructies. Zodra ze de deur achter zich dichttrekken, begint jouw band met het kind.
Zijn de kinderen die jij geboren hebt zien worden, specialer voor jou?
Nee hoor. Ik heb met alle kinderen een persoonlijke band. Het zijn allemaal personen, met elk heb je weer een unieke relatie.
“Ik dacht dat het omaschap verplichtingloos zou zijn”
Zie je je kleinkinderen vaak?
Oh ja. Wij zijn een familie van tradities. Sinterklaas, kerst, verjaardagen, we vieren het allemaal zoveel mogelijk samen. Maar een vaste dag oppassen, dat zat er niet in. Ik ben immers een werkende opoe. Zodra het kind geboren is, ben jij een potentiële oppas. Mijn advies voor nieuwe grootouders: reageer in het begin niet té enthousiast als ze je vragen. Want er is nog een lange weg te gaan! Maar uiteindelijk zijn de kleinkinderen heel vaak bij me geweest hoor. Gelukkig wel.
Lijk je op je eigen oma?
Ik heb een fantastische oma en opa gehad. Mijn opa is in 1945 gestorven, dat vond ik vreselijk. Mijn ouders scheidden toen ik vijf was en ik had geen goede relatie met mijn vader. Opa was echt dé man in m’n leven. Mijn oma was ook een ‘gedroomde’ oma. Mijn jeugd was niet echt een feestje, mijn moeder werd ziek en overleed jong. Oma heeft toen voor me gezorgd en ze was al in de 70. Zij heeft me veel verteld over het leven in de 19de eeuw. Ze was ook heel geëmancipeerd, ze werkte als jonge vrouw buitenshuis, iets wat in die tijd niet gebruikelijk was.
Wat voor oma wil(de) je zijn?
Een gezelligheidsfactor. Een betrokken oma. Ik denk dat dat wel gelukt is. Ik voel me zeer betrokken bij al m’n kinderen en kleinkinderen. Ze zijn me allemaal even dierbaar.
Je bent schrijver en vroeger ben je actrice geweest. Zie je daar iets van terug bij je kleinkinderen?
Vooral het muzikale zie ik bij ze. Ik speel zelf piano en mijn ex-man Ruud Bos is componist en musicus. De kleinkinderen zijn wel verbaal allemaal zeer begaafd. Ze kunnen hun mondje wel roeren hoor. Dat is echt een familietrekje!
Marjan Berk heeft een boek over en van opa’s en oma’s geschreven: Oma en Opa Boek, uitgever: Atlas
Bekijk hier nog meer interviews met bekende Nederlanders die oma of opa zijn.
Ben jij ook een trotse grootouder en wil je op de hoogte blijven?
Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief
Bedankt voor de aanmelding
Er ging iets fout. Probeer het nogmaals
Comments are closed.