Ieder mens wil graag iets toevoegen aan het leven van een ander. Dat geldt zeker voor grootouders; wat is er nu mooier dan wanneer je iets kunt meegeven aan je kleinkinderen, hen iets kunt leren of misschien ze een wijze levensles kunt leren. Welke grootouder gloeit immers niet van trots wanneer z’n kleinkind later zegt: “dat heb ik van opa/oma geleerd”.
1. Lachen, veel lachen
Kinderen kopiëren het gedrag van ouderen. Een baby reageert op de gezichtsuitdrukkingen van de ouder en kopieert deze. Een vrolijke opa of oma die veel lacht; dat moet gewoon stimulerend werken op de kleine lachspiertjes van die lieve hummel.
2. Fietsen leer je met vallen en opstaan (doorzettingsvermogen)
Fietsen moet geleerd worden en vergt doorzettingsvermogen. Opa’s en oma’s zijn bij uitstek geschikt om te helpen bij het aanleren van deze vaardigheid. Ze hebben een eindeloos geduld en nemen altijd de tijd voor hun kleinkinderen. Voor veel zaken in het leven geldt dat je doorzettingsvermogen moet hebben om je doelen te bereiken.
3. Goed voorbeeld, doet goed volgen
Als je altijd trouw je tanden poetst, je spullen opbergt, beleefd en respectvol bent naar anderen toe, geef je een voorbeeld aan je kleinkind: “dat is zoals het hoort”. Andersom is het helaas ook zo. Dus pas op wanneer je eens een uitschieter maakt in de vorm van een gepeperd woord of geluid. Maar opa’s en oma’s zijn toch ook maar gewoon mens toch? Iedereen maakt fouten. Dat is ook precies wat je kleinkind dan gelijk leert. Op die manier sla je twee vliegen in een klap.
4. Gewoon lekker kind zijn
Als grootouder weet jij het als geen ander, de tijd vliegt voorbij. Zeker als de kleinkinderen nog jong zijn, gaat het hard. Ze groeien erg snel op en voor je het weet beginnen ze met rijlessen. Daarom is het belangrijk dat ze wel van hun jeugd genieten. Lekker kind zijn. Samen met opa gekke streken uit halen of lekker spelen met oma in de tuin. Die momenten samen zijn later unieke herinneringen.
5. Leef in het hier en nu
Als opa of oma krijg je steeds meer te maken met mensen om je heen die deze wereld verlaten. Spijt hebben achteraf om iets wat niet uitgesproken heeft, is een van de grootste zorgen bij mensen. Jij kan je kleinkind leren hoe belangrijk het is om altijd te praten en te leven alsof het de laatste dag is: doe wat je kan en wat je wilt. Het leven is immers te kort voor extra zorgen.
6. Relativeren en genieten
Je hebt als grootouder al heel wat meegemaakt. Veel kopzorgen en levenservaring heeft je geleerd dat alles uiteindelijk weer op hun pootjes terecht zal komen zolang je goede moed houdt. Je leert te relativeren: het onderscheid maken tussen grote en kleine problemen is voor jou makkelijker geworden. Kinderen moeten dat allemaal nog leren en zelf ondergaan.
Als grootouder kan je hen gelukkig af en toe ‘afremmen’ als ze ergens in doordraven en het belangrijkste over het hoofd zien: genieten van het leven in al zijn vormen. Door het gesprek aan te gaan met je kleinkind is het makkelijk om je eigen levenshouding aan hen te laten zien. Als je kleinkinderen wat ouder zijn, hebben ze af en toe een geruststellend woord nodig, zeker wanneer je kleinkind begraven dreigt te worden onder al die zorgen. Jij weet inmiddels dat de jeugd niet eeuwig duurt en dat je elke dag moet plukken.
Ben jij ook een trotse grootouder en wil je op de hoogte blijven?
Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief
Bedankt voor de aanmelding
Er ging iets fout. Probeer het nogmaals
Comments are closed.